Actuele voedselprijzen - Varkensvlees |
Prijzen varkensvlees begin 2023 licht gedaald
|
8-5-2023
|
De consumentenprijs van varkensvlees is in januari 2023 met 3 punten (2%) licht gedaald ten opzichte van de maand ervoor, en kwam hiermee uit op 133 punten (2015=100). Deze prijsbeweging past in het normale seizoenspatroon. Ook de industrieprijs en af-boerderijprijs daalden in januari met enkele punten en kwamen uit op respectievelijk 143 punten (-2%) en 156 punten (-2%). Door afnemend aanbod maken de industrie- en af-boerderijprijs zich wel op voor stijgingen.
|
Prijsontwikkeling De consumentenprijsindex (CPI) van varkensvlees is in januari 2023 op 133 punten (2015=100) geëindigd, 1 punt lager dan in november 2022. Gemiddeld lag de consumentenprijsindex in 2022 op 129 punten, duidelijk hoger dan het gemiddelde van 115 punten in 2021. De stijging van het prijsniveau is het gevolg van de oorlog in Oekraïne, die maakte dat productiekosten zijn gestegen.
De prijsindex af vleesverwerking (PPI) is in januari 2023 geëindigd op 143 punten, gelijk aan het niveau van november 2022. De industrieprijs is over 2022 ook duidelijk gestegen: 131 punten in 2022 tegen 105 punten in 2021.
Voor vlees af boerderij zijn de prijzen in januari 20223 licht gestegen ten opzichte van 2 maanden eerder. De prijsindex af boerderij kwam in de eerste maand van 2023 uit op 156 punten, een stijging van 3% ten opzichte van november 2022 maar een daling van 2% ten opzichte van het niveau in december 2022. Ondanks deze daling heeft de sterke stijging van de prijzen gedurende 2022 er toch voor gezorgd dat de prijsindex af boerderij in januari 2023 59% hoger uitkwam dan in januari 2022. De kosten van veevoer en energie stegen sterk, evenals van logistiek en personeel, en opbrengstprijzen stegen mee. Dat de opbrengstprijzen stegen had ook te maken met een iets afnemend aanbod van varkensvlees in de EU. Naar verwachting leidt het afnemend aanbod tot verdere prijsstijgingen voor de industrie en daarmee voor de primaire producenten (af boerderij). Deze stijging is ook nodig, gezien de forse verliezen van de achterliggende paar jaren.
Verder vooruitblikkend is het denkbaar dat consumentenprijzen op een (structureel) hoger niveau zullen komen te liggen. Er worden diverse eisen gesteld aan de veehouderij, die tot een forse kostenstijging leiden. Om dierenwelzijn te verbeteren en het milieu te beschermen moeten ondernemers kosten maken. Dit kan uiteindelijk leiden tot hogere consumentenprijzen.
Achtergrond keten en prijsvorming keten
Het varkensvlees wordt in de supermarkt of bij de slager gekocht. Supermarkten en slagers kopen varkensvlees van de vleesindustrie. Die bestaat uit slachterijen en vleesverwerkers. Slachterijen kopen vleesvarkens van veehouders rechtstreeks of via veehandelaren. Veehouders produceren vleesvarkens in gespecialiseerde bedrijven of gesloten bedrijven. Zeugenbedrijven zijn belangrijke toeleveranciers van biggen voor de gespecialiseerde bedrijven. De gesloten bedrijven produceren de eigen biggen.
Toelichting op drie niveaus
Circa 60% van het varkensvlees en 80% van de vleeswaren wordt in de supermarkt gekocht. Daarnaast loopt ongeveer 35% van het varkensvlees via de buitenhuishoudelijke markt (horeca, ziekenhuizen enzovoort). Consumenten kopen meer varkensvlees in januari, vaak aangemoedigd door reclameacties. Verder wordt meer vlees gekocht in het barbecueseizoen en is er een piek in december. Supermarkten kopen varkensvlees hoofdzakelijk van de Nederlandse vleesindustrie. De verwerking van varkensvlees is voor een belangrijk deel gekoppeld aan de slachterijen. De grootste vier slachterijen hebben een aandeel van circa 90%. Er zijn in 2022 in Nederland circa 17,2 miljoen varkens geslacht. De vleesindustrie slacht en verwerkt de dieren tot vers vlees en vleeswaren, die voor een groot deel worden geëxporteerd. Voor de productie wordt ook varkensvlees geïmporteerd. De zelfvoorzieningsgraad van de Nederlandse varkensvleesketen ligt op ruim 300%. De in totaal circa 2.600 bedrijven met vleesvarkens produceren bijna 18 miljoen vleesvarkens. Hiervan worden ongeveer 0,9 miljoen dieren geëxporteerd. Daarnaast worden er circa 7 miljoen biggen over de grens verkocht.
Prijsvorming De prijsontwikkeling van het pakket varkensvlees dat de consument in de supermarkt koopt, is opvallend vlak, zij het dat de gemiddelde prijs in het najaar, vooral in november, iets hoger ligt. De retail heeft een eigen prijsbeleid dat beperkt beïnvloed wordt door de inkoopprijs. Het prijsniveau bij concurrenten, promotieacties en de rol van vlees in het totale productassortiment van supermarkten spelen ook een rol. Prijsbewegingen van industrie (producentenprijs) en boeren (af boerderij) vertonen daarom nauwelijks samenhang met de consumentenprijs. Voor de handel tussen de slachterijen en supermarkten worden jaarcontracten gebruikt. Daarbinnen vindt per vier weken overleg plaats over reclameacties. Afhankelijk van onder andere het weer vinden dagelijks correcties plaats op de bestelde volumes. Slachterijen geven de prijsbewegingen op hun afzetmarkt door aan de varkenshouders. De markten voor varkens en varkensvlees in Noordwest-Europa zijn nauw met elkaar verweven. De prijsvorming is vrij. Door de seizoenseffecten in de afzet op detailhandelsniveau schommelen ook de wekelijkse slachterij- en handelsnoteringen of opbrengsten van vleesvarkens. De EU heeft zelfvoorzieningsgraad in varkensvlees van ruim 120%, wat betekent dat de prijsvorming invloed ondervindt van de prijzen op derde markten buiten Europa.
Prijsindices De consumentenprijsindex (CPI) is gebaseerd op varkensvlees bij supermarkten en slagers. De producentenprijsindex (PPI) is gebaseerd op de opbrengstprijzen van producenten van vers of gekoeld varkensvlees bij afzet naar het binnenland. De af-boerderijprijs is gebaseerd op de wekelijkse noteringen voor slachtvarkens. De indices zijn herzien, waarbij het jaar 2015 op 100% is gezet.
|