Mijn agrimatie
v

Agrimatie - informatie over de agrosector

Agrimatie > Sectoren > Varkenshouderij
     
Varkenshouderij
Kies een thema
Algemeen

Economie

Maatschappij

Milieu

  
   
   
   
   
Kies een indicator
Deze informatie voor andere sectoren
  • Aardappel
  • Van tarwe naar brood
  • Van rundvee naar rundvlees
  • Van varkens naar varkensvlees
  • Van vleeskuiken naar pluimveevlees
  • Eieren
  • Van melk naar melk en zuivel
  • Producten per schakel
  • Groenten
  • Fruit

Alles over
  • Algemeen
    >
  • Economie
    >
  • Maatschappij
    >
  • Milieu
    >

Actuele voedselprijzen - Varkensvlees

Daling af-boerderijprijs zet varkensvleesketen onder druk
2-12-2025

In september 2025 kwam de consumentenprijsindex (CPI) voor varkensvlees uit op 132 punten, vrijwel gelijk aan het niveau van juli en augustus. De producentenprijsindex (PPI) bleef eveneens stabiel (131 punten), terwijl de af-boerderijprijs (API) in de afgelopen twee maanden duidelijk daalde: van ruim 128 punten in juli naar ruim 119 punten in september. Daarmee ligt de af-boerderijprijs circa 8% lager dan in september 2024. Dit zorgt voor een toenemende prijsdruk bij varkensboeren, terwijl de prijsindex in de verwerking minder snel daalt en de consumentenprijs gelijk blijft.




Prijsontwikkeling
In september 2025 stond de consumentenprijsindex (CPI) voor varkensvlees op 132 punten: een lichte stijging (+0,3%) ten opzichte van augustus en ruim 5% hoger dan een jaar geleden (125 punten in september 2024). Daarmee zet de gestage stijging in CPI sinds 2016 door en is het niveau zelfs hoger dan de piek van eind 2022.

De langzame maar gestage stijging van alle indexen sinds 2016 hangt samen met structurele factoren zoals stijgende kosten voor voer, energie en arbeid, en extra kosten voor verduurzaming en dierenwelzijn in de keten. De plotselinge en forse stijging in 2022 werd vooral veroorzaakt door de economische gevolgen van de Russische inval in Oekraïne. Die gebeurtenis leidde tot onzekerheid op de wereldmarkten, hogere energie- en grondstofprijzen en verstoringen in de internationale handel. Deze ontwikkelingen vertaalden zich in hogere productiekosten en vervolgens in hogere consumentenprijzen voor onder andere varkensvlees. In totaal is de CPI voor varkensvlees sinds 2022 met circa 15 punten gestegen.

De producentenprijsindex (PPI) kwam in september uit op 131 punten, een half procent lager dan in augustus en circa 10% lager dan in september 2024 (146 punten). Na prijsschommelingen begin 2025, met een tijdelijke dip door een MKZ-uitbraak in Duitsland, herstelde de prijs zich sinds maart dit jaar. De stijging werd deels verklaard door een dalend aanbod: slachtgewichten namen af en slachtaantallen dalen door bedrijfsbeëindigingen (onder andere via Lbv en Lbv+). Vanaf juni 2025 daalt de PPI. De terugval weerspiegelt een ruimer aanbod in de Europese markt, mede als gevolg van voorlopige Chinese importheffingen die zijn opgelegd aan Europese vleesbedrijven die naar China exporteren, waardoor het Europese aanbod stijgt.

De af-boerderijprijs (API) maakte de meest opvallende beweging. In het voorjaar van 2025 steeg de API sterk: van 120 punten in maart oplopend tot een piek van 142 punten in juni. De oorzaak lag bij een krappe varkensaanvoer in Nederland. Mede door bedrijfsbeëindigingen in het kader van de Landelijke Beëindigingsregelingen (Lbv en Lbv+) daalden de slachtaantallen, waardoor slachterijen bereid waren hogere prijzen te betalen om hun capaciteit te benutten (RVO, 2025; Landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties (Lbv) | RVO.nl). Vanaf juni zetten scherpe prijsdalingen in (meer dan 10 cent per week), als gevolg van hogere productie in omringende landen, die zorgde voor toenemende concurrentie vanuit het buitenland, en de seizoensinvloed van lagere vleesconsumptie in de zomer. In juli stond de API weer op 119 punten, gelijk aan het niveau in het eerste kwartaal van 2025 en 10 punten onder het niveau van september 2024 (129 punten).

De verwachting is dat de prijsdruk aanhoudt. Af-boerderijprijzen staan onder druk door een ruimer aanbod op de Europese markt. Die aanbodstijging is in lijn met de klassieke varkenscyclus: in 2023 en 2024 is goed verdiend in de varkenshouderij, waardoor een uitbreiding in (andere) Europese landen te verwachten was. Op korte termijn kan de winterperiode traditioneel nog enige verlichting brengen voor de varkenshouders door een vraagstijging in december, maar dat lijkt geen substantieel herstel te gaan brengen.

Keten 
Het varkensvlees wordt in de supermarkt of bij de slager gekocht. Supermarkten en slagers kopen varkensvlees van de vleesindustrie. Die bestaat uit slachterijen en vleesverwerkers. Slachterijen kopen vleesvarkens van veehouders rechtstreeks of via veehandelaren. Veehouders produceren vleesvarkens in gespecialiseerde bedrijven of gesloten bedrijven. Gespecialiseerde bedrijven kopen biggen en mesten die op tot slachtrijpe varkens, terwijl gesloten bedrijven zowel de fokzeugen houden als de biggen zelf opfokken tot vleesvarkens. Zeugenbedrijven zijn belangrijke toeleveranciers van biggen voor de gespecialiseerde bedrijven. De gesloten bedrijven produceren de eigen biggen.

-Varkenshouderijen
De in totaal circa 2.500 bedrijven met vleesvarkens produceren ruim 15 miljoen vleesvarkens. Hiervan worden bijna 1 miljoen dieren geëxporteerd vooral binnen de EU. Daarnaast worden er bijna 6 miljoen biggen over de grens verkocht. Dit betekent dat Nederland niet alleen volwassen vleesvarkens exporteert, maar ook veel jonge biggen die in andere landen verder worden opgefokt tot vleesvarkens.

-Industrie
De verwerking van varkensvlees is voor een belangrijk deel gekoppeld aan de slachterijen. Er zijn vier grote slachterijen, naast een beperkt aantal zelfslachtende slagers. In 2024 werden in Nederland 14,5 miljoen varkens binnenlands geslacht. De vleesindustrie slacht en verwerkt de dieren tot vers vlees en vleeswaren, die voor een groot deel worden geëxporteerd. Voor de productie wordt ook varkensvlees geïmporteerd omdat bijvoorbeeld sommige verwerkers specifieke soorten of kwaliteiten vlees nodig hebben die niet in voldoende mate of tegen de juiste prijs in Nederland beschikbaar zijn. De zelfvoorzieningsgraad van de Nederlandse varkensvleesketen ligt op circa 300%.

-Afzet
Circa 60% van het varkensvlees en 80% van de vleeswaren wordt in de supermarkt verkocht. Daarnaast wordt ongeveer 35% van het varkensvlees via de buitenhuishoudelijke markt (horeca, ziekenhuizen enzovoort) afgezet. De overige 5% van het varkensvlees wordt afgezet via speciaalzaken, markten, cateringbedrijven en directe verkoop aan consumenten, zoals via boerderijverkoop of lokale slagers buiten de reguliere supermarkt- en horecakanalen. Consumenten kopen meer varkensvlees in januari, gestimuleerd door reclameacties, tijdens het barbecueseizoen en in december vanwege de feestdagen. Supermarkten kopen varkensvlees hoofdzakelijk van de Nederlandse vleesindustrie.

Prijsvorming
De prijsontwikkeling van het pakket varkensvlees dat de consument in de supermarkt koopt, laat over de afgelopen jaren een lichte stijging zien. De gemiddelde prijs is in het najaar, vooral in november, iets hoger. De retail heeft een eigen prijsbeleid dat beperkt beïnvloed wordt door de inkoopprijs. Het prijsniveau bij concurrenten, promotieacties en de rol van vlees in het totale productassortiment van supermarkten spelen ook een rol. Prijsbewegingen van de industrie (producentenprijs) en boeren (af boerderij) vertonen daarom nauwelijks samenhang met de consumentenprijs. Voor de handel tussen de slachterijen en supermarkten worden jaarcontracten gebruikt. Daarbinnen vindt per vier weken overleg plaats over reclameacties. Afhankelijk van onder andere het weer vinden dagelijks correcties plaats op de bestelde volumes. Slachterijen geven de prijsbewegingen op hun afzetmarkt door aan de varkenshouders. De markten voor varkens en varkensvlees in Noordwest-Europa zijn nauw met elkaar verweven. De prijsvorming is vrij. Door de seizoenseffecten in de afzet op detailhandelsniveau schommelen ook de wekelijkse slachterij- en handelsnoteringen of opbrengsten van vleesvarkens. De EU heeft een zelfvoorzieningsgraad in varkensvlees van circa 125%, wat betekent dat de Europese varkensprijzen mede beïnvloed worden door prijsontwikkelingen en de vraag op wereldmarkten buiten Europa.

Prijsindices
De consumentenprijsindex (CPI) is gebaseerd op varkensvlees bij supermarkten en slagers. De producentenprijsindex (PPI) is gebaseerd op de opbrengstprijzen van producenten van vers of gekoeld varkensvlees bij afzet naar het binnenland. De af-boerderijprijs is gebaseerd op de wekelijkse noteringen voor slachtvarkens. De indices zijn begin 2024 herzien, waarbij het jaar 2020 op 100% is gezet.


Referenties
• Gegevens over de PPI 2012-heden van CBS Statline (Indices van laatste 5 maanden zijn voorlopige gegevens). Basisjaar in deze monitor is 2020.
• Gegevens over de gebruikte PPI 2005-2012 van CBS Statline. Basis jaar indeze monitor is 2020.
• Gegevens over de gebruikte CPI 2000-heden van CBS-Statline (indices van de laatste maand zijn voorlopige gegevens). Basisjaar in deze monitor is 2020.




Meer informatie
Toelichting indicator
Thema omschrijving
Beleidsinformatie
Archief


Naar boven