Fosfaatbemesting per ha - Akkerbouw |
Fosfaatbemesting steeds verder omlaag
|
8/21/2019
|
Op de akkerbouwbedrijven waarop het Landelijk Meetnet effecten Mestbeleid is gericht, is het totaal fosfaatgebruik in de periode 1991-2017 gemiddeld ruim 40% afgenomen, met de Zandregio als koploper (44%). Vooral het gebruik van fosfaatkunstmest daalde sterk. Op de bedrijven in de Kleiregio met bijna 80%, in de Zandregio ruim 90%. Bij dierlijke mest hebben de aanscherpingen in het gebruiksnormenstel tot lagere fosfaatgebruiken geleid, vooral in de Lƶss- en Zandregio. Het gebruik van overige organische meststoffen zoals compost is, vooral in de kleiregio, sinds 2014 duidelijk toegenomen.
|
In 2017 werd door akkerbouwers in de Kleiregio gemiddeld 64 kg fosfaat per ha gebruikt, waarvan 41 kg via dierlijke mest en 12 kg via kunstmest toegediend. Bij de collegaās in de Zandregio en de Lƶssregio ligt het totale gebruik 6 tot 11 kg per ha lager dan in de Kleiregio en is relatief meer fosfaat afkomstig uit dierlijke mest. Op de akkerbouwbedrijven in de Zand- en Lƶssregio wordt vrijwel geen fosfaatkunstmest meer gebruikt.
Meer fosfaat via aanvoer van compost Sinds de jaren negentig is het totaal fosfaatgebruik in de Klei- en Zandregio met ruim 40 kg fosfaat per ha gedaald. Uit de resultaten voor de Lƶssregio blijkt de fosfaatbemesting vanaf 2006 met bijna 30 kg per ha te zijn afgenomen. Een klein deel van de fosfaatbemesting met kunstmest en dierlijke mest is vervangen door overige organische meststoffen (OOM). Op de akkerbouwbedrijven gaat het dan hoofdzakelijk om compost en champost en in wat mindere mate om betacal producten en vinassekali. Het toegenomen gebruik hangt samen met ontwikkelingen in het beleid en de toegenomen aandacht voor bodemvruchtbaarheid en āgezondheid. De mogelijkheden voor het aanwenden van dierlijke mest zijn door aanscherpingen in gebruiksnormen, uitrijdperiodes en werkingscoĆ«fficiĆ«nten beperkt. Hier staat tegenover dat bij afname van compost, 50% van de fosfaat (binnen grenzen) niet meetelt voor de gebruiksruimte. Dergelijke ontwikkelingen en de zorgen om organische stof hebben het gebruik van OOM gestimuleerd.
Vrijwel geen kunstmestfosfaat meer in Zand- en Lƶssregio In de periode 1991-2017 is het gebruik van kunstmestfosfaat sterk gereduceerd. Vanaf de introductie van het gebruiksnormenstelsel (2006) is de afname goed zichtbaar. Het stelsel maakt geen onderscheid meer naar herkomst van de fosfaatmeststof. Het MINAS-stelsel (1998-2005) maakte dit onderscheid wel, waarbij fosfaatkunstmest niet werd meegeteld. Het fosfaatkunstmestgebruik in de Zandregio bedraagt in 2017 nog slechts 4 kg per ha. In de Lƶssregio is dat nog iets minder. Akkerbouwers in de Kleiregio gebruiken nog het meeste fosfaat uit kunstmest (12 kg in 2017), wat bijna 80% minder is dan in 1991. Ook de variatie in het gebruik van kunstmestfosfaat per ha neemt af; ongeveer een kwart van de akkerbouwers gebruikt zelfs helemaal geen kunstmestfosfaat meer.
|