Mijn agrimatie
v

Agrimatie - informatie over de agrosector

     
Voedsel-Economisch Bericht
Kies een thema
Internationaal

Agrarische keten

Primaire sector

Consumptie

 
 
 
 
  
Structuur van de keten - Pluimveehouderij

De pluimveevleesketen
11-12-2023
Pluimveevlees is een verzamelnaam voor meerdere soorten vlees die geproduceerd worden door bedrijven met pluimvee. Vleeskuikens vormen de grootste deelsector, op ruime afstand gevolgd door eenden en kalkoenen. In 2022 waren er 620 bedrijven met vleeskuikens, 45 bedrijven met eenden en 28 bedrijven met kalkoenen. De toegevoegde waarde van het vleespluimveecomplex (het geheel van de primaire sector, verwerking, toelevering en distributie) was in 2021 1.290 miljoen euro, het complex biedt werkgelegenheid aan 11.400 personen (arbeidsjaren).




Productieketen
De keten voor de productie van pluimveevlees kent vele opeenvolgende schakels. De keten voor de productie van pluimveevlees kent vele opeenvolgende schakels. Elke schakel is gespecialiseerd in het voortbrengen van een product dat geleverd wordt aan de volgende schakel. De figuur geeft de opbouw van de keten van pluimveevlees. De keten begint met de vermeerdering. Dit zijn bedrijven met ouderdieren die broedeieren produceren. Op circa 170 bedrijven worden in totaal 4,7 miljoen ouderdieren gehouden. In de volgende schakel, de kuikenbroederij, worden de broedeieren uitgebroed tot eendagskuikens. Vervolgens worden de eendagskuikens geleverd aan de vleeskuikenhouders. Op 620 vleeskuikenbedrijven worden, in een periode van 6 tot 8 weken, vleeskuikens gehouden tot een eindgewicht van 2,0 tot 3,0 kg. De kuikens worden vervolgens geleverd aan een slachterij. In Nederland worden in 14 slachterijen vleeskuikens geslacht met een totale productie van 894.000 ton geslacht gewicht. Een belangrijk deel van de aanvoer van de Nederlandse slachterijen betreft vleeskuikens uit België en Duitsland.

Beter Leven Keurmerk
Een belangrijke verandering in de vleeskuikenhouderij is de omschakeling naar langzaam groeiende vleeskuikens. Deze ontwikkeling is in gang gezet in 2007 met de introductie van het Beter Leven Keurmerk. Tot 2013 is de verkoop van vers pluimveevlees met het Beter Leven Keurmerk met 1 ster (BLK 1 ster) geleidelijk gestegen. In 2013 is de Kip van Morgen geïntroduceerd. Dit is een concept met een langzaam groeiend kuiken, maar de houderij-eisen zijn minder vergaand dan bij BLK 1 ster. Tussen 2014 en 2017 zijn alle Nederlandse supermarkten overgeschakeld naar verkoop van Kip van Morgen concepten. Elke supermarktketen gebruikte daarbij een eigen merknaam in de winkel. De volgende stap was het besluit van de Nederlandse supermarktketens om uiterlijk 2023 over te schakelen naar BLK 1 ster pluimveevlees, met de daarbij horende houderij-eisen. Dit betekent dat in de Nederlandse supermarkten in het vers-segment vanaf 2024 uitsluitend pluimveevlees verkocht wordt dat is geproduceerd volgens de eisen van het BLK 1 ster. De vleeskuikenhouders houden vleeskuikens van een langzaam groeiend ras, de minimumleeftijd bij slacht is 56 dagen, de bezetting in de stal is maximaal 25 kg per m2, de stal heeft daglicht, er is verrijking in de stal en de dieren hebben toegang tot een overdekte uitloop.

Ontwikkeling naar nieuwe concepten
Door de omschakeling naar de Kip van Morgen concepten en later naar een houderij volgens het BLK 1 ster kunnen vleeskuikenhouders minder dieren houden in een stal. Is in de reguliere stal een bezetting op de eerste dag van 20 tot 22 kuiken per m2 gebruikelijk, bij BLK 1 ster is de bezetting 10 tot 12 kuikens per m2. Dit betekent dat een volwaardig bedrijf met 90.000 reguliere kuikens nog circa 50.000 kuikens kan houden in dezelfde stallen. Het gevolg is dat het aantal dierplaatsen in Nederland vermindert. Op basis van koepelorganisatie AVINED cijfers is een berekening gemaakt van het aantal vleeskuikens dat elk jaar wordt opgezet op de Nederlandse bedrijven. De laatste jaren is het aantal vleeskuikens gestaag gedaald, van 410 miljoen in 2015 naar 326 miljoen in 2021 en 312 miljoen in 2022. Dit is het gevolg van de omschakeling naar concepten met een lagere bezetting en het feit dat de bestaande staloppervlakte in Nederland gelijk blijft omdat er amper nieuwe stallen bijgebouwd worden. In de Avined cijfers kan ook onderscheid gemaakt worden tussen reguliere rassen en langzaam groeiende rassen. In 2015 was het aandeel langzaam groeiende rassen circa 10% om vervolgens snel te stijgen tot 30% in 2018 en 42% in 2022. De verwachting is dat het aantal kuikens opgezet in Nederland verder zal dalen en dat het aandeel langzaam groeiende kuikens stijgt naar 50%. Einde 2023 worden er geen Kip van Morgen kuikens meer gehouden en worden alle langzaam groeiende kuikens gehouden volgens BLK 1 ster.

Keten van Beter Leven 1 ster
Als gevolg van de toezegging van de Nederlandse supermarkten om nog uitsluitend pluimveevlees van BLK 1 ster kuikens te verkopen, moesten vleeskuikenhouders omschakelen. Veel bedrijven met Kip van Morgen concepten en ook bedrijven met reguliere vleeskuikens werd gevraagd om te schakelen. Knelpunt hierbij was de bouw van een overdekte uitloop. Dit vraagt extra financiering en een nieuwe vergunning. Veel vleeskuikenbedrijven kregen een aanbod om voor vijf jaar kuikens te leveren tegen een gegarandeerde opbrengstprijs. Hiertegenover staan echter duidelijke ketenafspraken. Drie slachterijen in Nederland leveren BLK 1 ster kuiken voor de verschillende supermarktconcepten. Elke slachterij heeft hierbij haar voorwaarden wat betreft de partners waarmee in de keten wordt samengewerkt. Plukon geeft de vleeskuikenhouder de keuze uit 6 voerfabrieken en 3 kuikenbroederijen, Storteboom werkt uitsluitend met voerfabriek de Heus en 3 kuikenbroederij en Esbro werkt uitsluitend met voerfabriek ForFarmers en 2 kuikenbroederij. Voor de vleeskuikenhouder betekent werken met BLK 1 ster dus minder vrijheid in keuze van de ketenpartners. Hiertegenover staat zekerheid van afzet voor vijf jaar en een gegarandeerd inkomen of marge (voerwinst).

Tweedeling
De bedrijven met reguliere vleeskuikens produceren pluimveevlees voor de buitenhuishoudelijke markt (foodservice) of voor de export (vooral Duitsland en het VK). Deze vleeskuikenhouders houden vleeskuikens volgens de EU-standaard en eventuele aanvullende eisen van de marktpartijen. In het algemeen is er een vrije keuze van voerfabrikant en kuikenbroederij. De vrije markt bepaalt de opbrengstprijs en deze marktprijs kan sterk variëren afhankelijk van het vraag en aanbod. In tegenstelling tot de vleeskuikenhouder met het Beter Leven keurmerk is er geen enkele garantie voor een redelijk inkomen.









Kies een indicator
Deze informatie voor

Contactpersoon
Peter van Horne
0317-484645
 

Referenties






Meer informatie
Toelichting indicator
Onderwerp omschrijving
Beleidsinformatie
Archief


naar boven